Ze zijn met z’n dertienen, de kinderen die op de (woon)boot
De Blauwtje wonen: Pola, die het verhaal vertelt, Wanja, Vladimir, Wally,
Aznar, Knut, Wolke, Mo, Hidde, Nillem, Trijn en de tweeling Flip en Tuitje. Een lijstje achter in het boek geeft de lezer
een overzicht van de kinderen: hoe oud ze zijn, in welke klas ze zitten, en
waar ze goed in zijn.
Pola (12), het oudste kind op de Blauwtje, vertelt het
verhaal, en dat van haar moeder, Taatje, die de wereld rond reist, opzoek naar
haar Grote Liefde. Verder heeft Pola een broertje en zusje, de tweeling Flip en
Tuitje van vier. Alle andere kinderen zijn ooit op de Blauwtje komen aanwaaien,
en nooit meer weggegaan. Allemaal hebben ze hun eigen geschiedenis meegebracht:
Wolke had bijvoorbeeld een vader die niet voor haar kon zorgen. Zij kan met
beestjes praten.
De dertien kinderen wonen alleen op de Blauwtje, en kunnen prima voor zichzelf zorgen, maar hun leventje
wordt bedreigd door Mevrouw Wijfjes van het Zorgbureau.Astrid Lindgren en Annie M.G Schmidt hebben een opvolger, als u het mij vraagt. Ilse Bos schreef met “Troep” een droom van een boek, dat soms aan Pluk van de Petteflet doet denken als je Wolke met beestjes ziet praten. Pluk heeft weleens last van volwassenen die het beste met hem voor hebben, maar hem daarom net zijn leven willen afnemen.
Astrid Lindgren schiep met haar Pippi Langkous een meisje dat prima voor zichzelf kon zorgen, en vrienden heeft in de personen van Tommy en Annika. Ook zij heeft een vader die op zee is, en af en toe terugkomt.
“Troep” gaat verder in de traditie van een goed verhaal, met warme personages die onvergetelijk worden. Het vredige leventje van dertien kinderen die het uitstekend redden zonder ouders, wordt verstoord door Mevrouw Wijfjes van het Zorgbureau. Als zij haar zin krijgt, worden de dertien kinderen van de Blauwtje uit elkaar gehaald, en uit huis geplaatst. En dat wil niemand laten gebeuren.
Gelukkig krijgen ze hulp van Maarten, een man die na de verdwijning van zijn broer, niet meer alleen in hun huis, waar ze samen woonden, durfde te blijven. Hij woont nu in een huisje dat achter de Blauwtje staat. Maar ook hij moet zich tegenover de kinderen eerst bewijzen! Is hij wel te vertrouwen?
Uitgeverij Lemniscaat is er weer in geslaagd een boek op de markt te brengen dat meteen het label “dit wordt een klassieker!” verdient. Niet alleen vertelt “Troep” op een ontwapenend eerlijke manier over hoe de kinderen zijn, hebben ze elk hun eigen karakter, zodat de lezer meteen van hen allemaal gaat houden.
De illustraties in kleur, van Linde Faas laten behalve wat je kunt lezen, ook zien welke sympathieke bende Ilse Bos bij elkaar fantaseerde.
Nog dit: elk hoofdstuk vertelt in zijn titel ook wat er in
grote lijnen te gebeuren staat. Maar leest u alstublieft “Troep” gewoon. Bij
het vuur, binnen in huis of op een bankje, in de zon. Later dan, ofzo. Maar
lees “Troep”.
Troep / Ilse Bos ; Linde Faas.- Rotterdam : Lemniscaat,
2013.- 333p.: ill.- ISBN 978 90 477 0540 6.- 11+
Geen opmerkingen:
Een reactie posten