Siri woont met haar ouders en haar oudere broer Gilles van 14 in een hotel aan de N19 in Frankrijk. Dat hotel heet Bonbien, en volgens haar is het de mooiste plek op aarde. Ze wil er het liefst nooit meer weg. Maar haar ouders maken nogal veel ruzie, vooral over geld, dat er vaak niet is.
Hotel Bonbien is een hotel voor mensen die “op doorreis” zijn. Vaak stoppen ze er enkel om er te plassen, of om een kop koffie te drinken. Sommigen blijven er ook overnachten. Er is geen personeel: Siri’s vader staat aan de balie, schrijft in potlood betaalbonnetjes uit, en Siri’s moeder kookt. Siri en Gilles helpen alleen tijdens de zomervakantie de hele dag: tafels dekken, eieren rapen en koken, dat is alles.
Dat klinkt alsof Siri een heerlijk leventje heeft, en eigenlijk is dat ook wel zo. Dat “Hotel Bonbien” daardoor een goed boek is, heeft daar alles mee te maken. Alles is op kindermaat, zonder ooit kinderachtig te zijn, of zonder de problemen waarmee kinderen zitten, of waar ze over nadenken, zoals de ruzies over geld tussen ouders, uit de weg te gaan of te gaan dramatiseren.
De dingen gaan zoals ze gaan, en mensen zijn, ook al trouwen ze, en beloven ze om altijd bij elkaar te blijven, altijd heel verschillend. Veel heeft ook te maken met het milieu waarin Siri’s ouders opgroeien: haar moeder had twaalf broers en zussen, Siri’s vader was enig kind. Siri’s moeder is eerder van het type: “het komt allemaal wel goed”, terwijl Siri’s vader zich echt zorgen maakt over het feit dat er bijna geen geld binnenkomt, en dat dat er dus ook niet is om voor Siri en Gilles een nieuwe jas te kopen.
Dus ja: Siri’s ouders maken wel vaak kletterende ruzie, ook letterlijk, als haar moeder weer eens met servies loopt te gooien om haar boosheid te koelen. Dat deden ze bij haar thuis namelijk ook. En de vader van Sylvie, Siri’s beste vriendin op school, komt in Hotel Bonbien logeren: hij en de moeder van Sylvie zijn wél gescheiden.
De leuke dingen in dit boek? Al het bovenstaande, om hoe ontwapenend Enne Koens haar personages beschrijft, de dassenburcht waar Gilles wel dagen naar zou kunnen kijken, en waar hij veel over weet. Gilles leest ook de grote filosofen .het is weer eens iets anders dan een balende puber die zijn tienjarige zusje eigenlijk maar niks schijnt te vinden. Of toch: hij noemt zijn zusje veel te vaak “Keutel”, en dat wil Siri niet. Maar beiden kunnen elkaar niet echt missen. Ze slapen zelfs samen op elkaars kamer als een van hen weer eens moet nadenken over waarom hun ouders ruzie hebben. En dan valt Siri uit een boom… Het grote geld ligt nu door dat voorval, voor het rapen… Dat heeft Gilles opgezocht. (Maar ook nu weer: niet teveel gedoe daarrond, wel een vreselijk auto-ongeluk, waar iedereen gelukkig ongedeerd uitkomt, maar de auto, die van de vader van Sylvie is, moet wel worden uitgebutst in de garage. Siri’s ouders zitten hierdoor onder de koffie en de gehakballetjes, en toen ze vertrokken was dat een uur later dan gepland: ze komen net op tijd voor de wedstrijd in Duitsland, die Siri hopelijk zal winnen. Ze is 7000 euro waard, en dan kunnen ze alles kopen wat ze nodig hebben.
Wat ook fijn is, is dat dit boek in Frankrijk speelt, maar dat het niet over geëmigreerde mensen gaat. Koens zet haar verhaal gewoon daar neer. Misschien omdat je daar veel langere tochten kunt maken, en meer met de natuur kunt doen. Of omdat de lezer, door dit boek te lezen, een instant vakantiegevoel zou krijgen.
Achterin het boek staat een verklarende woordenlijst, en ook een lijstje met hoe je de namen van Siri en haar ouders moet uitspreken.
Heerlijk, fris en bruisend van enthousiasme: Hotel Bonbien!
Hotel Bonbien / Enne Koens.- Amsterdam : Luitingh/Sijthoff, 2015.- 191p.- ISBN 978 90 245 6937 3 - 9+
Geen opmerkingen:
Een reactie posten