zondag 17 juni 2007

De passie van de puber / Frank Adam

Wanneer de zestienjarige Jos zichzelf uitroept tot de 666ste reïncarnatie van Jezus, en zichzelf als taak oplegt om het op te nemen voor zijn gepeste zusje Judith, vindt zelfs zijn engelbewaarder dat het langzaam misgaat met hem.

Dit boek begint – wanneer je een engelbewaarder opvoert althans, op de klassieke manier. De engelbewaarder openbaart zich aan de lezer, en vertelt dan hoe Jos ter wereld kwam, en hoe onze engelbewaarder daarbij aanwezig was. (“Met mij ging dat zo. Ik zat in Jos, en Jos zat in zijn moeder, en op een bepaald ogenblik werd het daarbinnen zo krap dat er geen vel of haar meer bij kon en dat ik riep: “Jos, strek je benen en duw!” “Wat zijn benen?” Vroeg Jos (…))
Jos heeft een aantal broers en zussen, waaronder Judith, en zij lijkt de enige met een naam te zijn in het boek, zodat het duidelijk is dat zij het gepeste kind in de familie is. Ze wordt door iedereen gepest, maar de lezer merkt dat ze dat wel eens aan zichzelf te danken zou kunnen hebben. Ze plast (is ze zes? Er is sprake van dat ze dit schooljaar haar Eerste Communie zal doen) nog steeds in haar broek, en ze lijkt me een beetje dommig. Jos wil het voor haar opnemen, maar nooit op een melige manier. Oh nee! Af en toe denkt de lezer zelfs: “Bah! Wat nu ?! Wat een gekke broer!” wanneer hij haar op het dak naar beneden laat kijken, en haar laat overhellen om haar van het dak te smijten.
Het geweten van Jos komt terug tot uiting rond zijn zestiende. Hoewel dat geweten af en toe ook wel eens denkt: al die praat die Jos verkondigt, die zou ik ook wel willen gezegd hebben, wat nu?
Jos is er ook van overtuigd dat zijn pa zijn pa niet is. (En dit zou best kunnen.) Pa werkt voor de kazerne, en Jos is er eveneens van overtuigd dat hij nooit voor de nieuwe Romeinen, zoals hij de medewerkers noemt, zal werken.
Je leert ook bijbelcitaten, en wat Jos daarvan denkt: Mijn linkerwang aanbieden als men mij links geslagen heeft? Niets van! Meteen terugslaan! Wat denken ze wel!
De setting van het verhaal, een klein dorp met een kerk, een kazerne, de kapperszaak van Jos’ moeder, en het meubelbedrijf van zijn vader, maakt dat je hier heel veel kanten mee opkunt, en dat Jos’ gedrag bij iedereen in het dorp vragen oproept. Maar wanneer Jos met zijn veronderstellingen over zijn vader naar zijn moeder trekt, barst de bom. Het wordt allemaal wat pijnlijk, maar het is wel passend dat Jos wil weten wat en wie hij is. “De passie van de puber” is ietwat een titel die de lading moet dekken, maar van passie is wat mij betreft niet echt sprake, het gaat eerder om obsessie. Dit boek is een bewerking van het toneelstuk “De jongen die uit zijn lichaam viel”, ook van Frank Adam. Het jammere aan dit boek is een beetje dat die toneelstructuur niet helemaal is geband om er een goed lezend verhaal van te maken, om het in boekvorm te gieten. Af en toe merk je dat “iemand moet opgaan”, om daarna weer “van het toneel te gaan.”
Wel heel erg aanwezig, en dat merk je aan alles wat Frank Adam doet, is zijn eigen stem. Hij kruipt in zijn personages, zodat het goed mogelijk is dat onze Puber weleens Frank Adam zelf zou kunnen zijn, ik hoop iets minder fanatiek…
Hilarisch boek, met niet zo vrijblijvende elementen erin. Wat doe ik hier? Doe ik het goed? Dat lijkt me de kern van dit boek. Hilarisch is in geen geval onnozel. Dat past hier ook.
De passie van de puber / Frank Adam.- Leuven : Davidsfonds / Infodok, 2006.- 105p.- ISBN 90 5908 194 3 - 16+