Hendrik De Clerck heeft zijn ouders met bed en al, opgeblazen…
… Maar de tekst klopt NIET met de flaptekst die vertelt dat Elodie iemand “1, 2,3 … Ontplof!” heeft horen zeggen. In de tekst staat dat ze een luide knal hoorde. De personages zijn types. Ze worden niet uitgewerkt, maar dit past bij dit hilarische verhaal. Het is onzinnig, maar wat mij betreft niet echt belachelijk. Pa De Clerck is een moddervet kereltje, zijn ma is bokskampioene … Bij de mannen. De verteltoon heeft iets van een theatertekst. Maar het is wel nét lang genoeg. (110 pagina’s). Wanneer dit verhaal nog zou doorgaan, zou ik dit boek op de vuilnisbelt gooien. Maar nu dus niet. Er wordt overdreven, de personages zijn geen personages maar karikaturen, maar met al de elementen in dit boek (Hendrik heeft zijn ouders dus opgeblazen, maar wie moet nu de was en de plas doen? Wie zorgt er voor hem? – Ik neem een butler en zet “ouders” op mijn lijstje voor kerst!) Die butler maakt elke dag hamburgers en pizza’s voor hem.
Hendrik woont in een kast van een villa (hoe komt het dat het hele huis overeind bleef, toen hij het bed met zijn ouders er nog in, opblies?)
Hendrik heeft een overbuurmeisje, Elodie, die hem helemaal ziet zitten. Zij wil schrijfster worden, en haar eerste boek zal “Hendrik, een jonge misdadiger” gaan heten. Elodie heeft namelijk via haar computertje en een geheime pen, gehoord wat Hendrik deed. Elodies broer, Marius, studeert archeologie, en zit daarvoor in Papoea New Guinea, waar hij opgravingen doet naar de mythische stad Atlantis. Die stad ligt bij mijn weten onder zee… Daarin doe je geen opgravingen, denk ik, daar ga je op onderzoek. Soit. En dus woont Elodie samen met een moeder, Kristien, die er nogal vreemde kookkunsten op nahoudt, en voor de rest ook nogal een chaotisch type is. Haar broer is trouwens loom. Dat is alles wat je over de personages weet, en soms duurt het allemaal een ietsje te lang, het is iets als pureeaardappelen doorslikken. Niet veel aan. Het boek staat trouwens ook niet helemaal zonder fouten.
“Vooruit, Elodie, maak dat je als de wiedeweerga aan dat zwembad ligt” (Hendrik nodigde haar uit), “zodat je in zijn huis kunt gaan rondneuzen!” Hmm, ofwel ga je aan het zwembad liggen, ofwel verzin je een list om in dat huis te kunnen gaan rondkijken. De twee samen? Dat lukt nooit.
Om zich een houding te geven, reikte ze naar de zonnecrème. Elodie zat in een strandstoel in haar voortuin, die zonnecrème stond misschien onder haar stoel, maar toch. Waar komt die vandaan? (Wel goed het verhaal speelt in juli. Dat staat in het verhaal)
Taalgebruik is misschien een beetje “veel”, maar het past volgens mij wel in de “onzin” sfeer van dit boek. “Elodie stelde tot haar niet geringe trots vast dat ze niet bloosde.”
Het geesten oproepen is ronduit hilarisch. Je merkt dat geen van de twee (Elodie en Hendrik willen dit gaan doen bij Hendrik thuis) er echt in gelooft (later blijkt inderdaad dat Elodie de boel beduveld) “Sluit je ogen”. “En dan?” “De rest zul je wel zien”. “Hoe kan ik iets zien als mijn ogen dicht zijn.”, fluisterde Elodie nog. Het is best aandoenlijk wanneer je merkt dat Hendrik echt probeert contact te zoeken met zijn overleden moeder. Hij bekent dat hij haar mist. (Zijn ma hem niet, zegt het glas / Elodie.) Hij fakete, blijkt later, hoewel even later in de tekst ook voorkomt dat hij toch geloofde wat dat glas zei. (Wat is het nu?!) Hoewel Elodie dus de boel beduvelde, gelooft Hendrik wel dat zijn ma echt tot hem sprak, en zei dat zijn pa in reïncarnatie geloofde. Hij komt echter niet terug als mens, maar als muis (die inderdaad opduikt, en inderdaad op pa De Clerck lijkt: Kaal hoofdje en een dik lijfje). Pa De Clerck scharrelt rond in een kooitje, en leeft van pizza en brood. Hendrik is daar best tevreden mee.
Hendrik wil de moeder van Elodie en Marius ontvoeren, om terug een eigen ma te hebben, en doet dit ook. Nergens een spoor van angsten echter, ze gaan gewoon op onderzoek uit, en vinden Hendrik, zijn butler en zijn “nieuwe mama” uiteindelijk terug in een van de vakantiehuizen van Hendrik. Kristien is verliefd op James (elke butler heet James…), en zij gaan trouwen. Eind goed, al goed, hoewel uiteindelijk wel uitkomt dat Hendrik zijn ouders zelf heeft opgeblazen, en het dus geen ongeluk was. Hij moet naar de gevangenis. Het is daar geen viersterrenhotel, en iedereen behalve Elodie is hem vergeten.
Dit boek is knotsgek, maar zonder enige emotie. De personages zijn dat echter niet. Ze zijn types, hoewel ze wel een uiterlijk hebben (Elodie en Marius, en hun ma hebben roestbruine krullen en sproeten, pa De Clerck is klein, dik, en kaal, ma De Clerck (tja…)). Een boek boordevol humor, maar er lijkt mij niet gezocht te zijn naar toch maar zoveel mogelijk elementen
Ontplof! / Katharina Van Cauteren.- Sint- Niklaas: Abimo, 2005.- 110p.- ISBN 90 59321 98 7
Geen opmerkingen:
Een reactie posten