zaterdag 2 februari 2008

Saar en de koe / Riet Wille ; Annemie Berebrouckx


Saar heeft naast het huis waar ze samen met haar pa Jan woont, twee buren. De ene is buur Tuur (Dat rijmt) en hij is een boer. De andere buur is ook een boer, en hij heet Koen. Dat rijmt niet. Buur boer Koen heeft een koe, en hij is helemaal niet goed voor haar. Wanneer het koud wordt, laat hij zijn koe Nel zomaar in de wei achter. Saar houdt van koe Nel, al weet ze zelf niet goed waarom dat zo is. Wat kan ze doen om koe Nel te redden? Koe Nel wordt immers ziek van het lange buiten blijven!
Het verhaal hoeft geen non-fictie te zijn over een “redt de koe” actie, en dus is het een vrij geloofwaardig verhaal. Saar wil koe Nel redden, of haar tenminste een plek geven waar het wat warmer is in de winter. Saar geeft koe Nel haar sjaal. Ze gaat naar boer Koen toe, en ze zegt hem dat hij niet goed is voor zijn dieren. (Dat is overigens erg dapper van zo’n klein meisje!). Maar boer Koen zegt dat hij met zijn dieren doet wat hij wil. Dat vindt Saar helemaal niet goed van hem, en ze holt naar Jan, waar ze zegt dat boer Koen boos is op haar, en dat hij haar een trap en een mep op haar kop gaf. (Maar dat liegt ze, zegt ze zelf -> mooi zo! Eindelijk tussen alle andere eerste lezersboekjes waarin mensen voorkomen, een beetje meisje met haar op haar tanden, je merkt dat Saar persoonlijkheid heeft!). Jan besluit dat dit echt niet kan, en hij belt boer Koen op. Zegt dat hij Saar vooral met rust moet laten, en hij laat zijn dochter ook beloven om één week niet naar boer Koen te gaan. Dat vindt Saar wel ok, al is ze wel bezorgd om koe Nel (Best aandoenlijk, dat Saar zo met die koe begaan is). Wanneer ze na een week teruggaat, is koe Nel echt ziek, en besluiten Jan en Saar dat het zo echt niet langer kan. Het plannetje om koe Nel mee naar de schuur te nemen is best ok. Het hoeft geen non-fictie te zijn ; en jezelf gaan afvragen of dat zomaar kan, om een koe bij een boer weg te halen omdat je vindt dat ze slecht behandeld wordt, ik kan er best mee leven, zonder me daar vragen bij te stellen, omdat het een geloofwaardig verhaal is, over een meisje dat met een koe begaan is. Het geven van een bad (je ziet dat ook op de desbetreffende tekening: badkuip, zeep en washand), letterlijk “Koe Nel een bad geven” is al veel minder geloofwaardig (het is mij een raadsel hoe je een koe in een badkuip zet, en waarom zou je een washand gebruiken, maar goed, het stoorde ook niet echt.) is al veel minder geloofwaardig. Omdat de koe al in tijden niet meer goed gegeten heeft, weten Jan en Saar dat koe Nel niet te veel mag eten, en wonder: nadat ze dat tegen haar zeiden, stopt de koe met eten! Waarom merk ik dat het verhaal, dat goed is voor de rest, aan het einde zo de mist in gaat, en slaat de fantasie echt op hol? Later in de schuur vindt Saar ook dat koe Nel niet meer “beu” mag zeggen (dat doen koeien nu eenmaal), en leert ze haar om “bie” te zeggen. En dat lukt! Jan en Saar zijn daar blij mee, dat kun je zien op de desbetreffende tekening. Ik niet. Het hele verhaal van de “reddingsactie Koe Nel” wordt onderuitgehaald hierdoor. Echt driewerf helaas. En helemaal aan het eind, gaat Koe Nel zelfs zingen. Dat is eerder iets wat ik met “muzikale Bella” uit de Jommekes-reeks herken. En dat wil ik nu net niet. Helemaal niet. Nog? Hoe vul je als auteur 32 bladzijden? Met aan het einde een dubbele pagina waar op staat: “Dit boek is uit”. 32 pagina’s gevuld. Zo jammer. Omdat het eerste deel van het boekje zo goed loopt, en nergens fout zit, is de desillusie des te groter wanneer blijkt dat er zo’n idiote dingen aan worden gebreid om toch maar een boek te vullen. Te vullen. Dat is hetgeen ik bij dit boekje heb. Jammer. Maar ook hier: fijne woordspelletjes, (rebusjes waarin de naam van koe Nel moet gevonden worden) een telefoongesprek naar boer Koen met tekstballon, Saar die door haar vader (kruis aan: lief, boos, gek, naar, dom, leuk, raar, lui, wijs) gevonden wordt. Ook: Jan zegt iets in het oor van Saar. Op de pagina: een paar oren, en een wegwijzertje waar op staat: lees maar gauw door, de wegwijzer wijst naar de volgende pagina, want Saar gaat je niet vertellen wat Jan haar vertelde, dat moet je zelf lezen. Wanneer ze ’s avonds op pad gaan om Koe Nel naar de schuur te brengen, staat er: “Het is al heel laat, het is al tien uur, en ik ben nog op”. Saar heeft haar jas aan, en de klokken op de prent, geven – hoera! de juiste tijd aan. Op een volgende prent: “Waar zijn Saar en Jan”? Die je dan op de prent mag zoeken. Heel fijn om je gedachten bij het boekje te houden, veel afwisseling.
Saar en de koe / Riet Wille.- Wielsbeke : De eenhoorn, 2004.