woensdag 8 november 2006

De jongen in de gestreepte pyjama

Berlijn, 1943. Bruno (9 jaar) merkt dat Maria, het dienstmeisje, zijn koffer aan het pakken is, en aan de spullen achter zijn kast zit, die waar niemand mag aankomen. Blijkt dat Bruno samen met zijn zus Gretel, moeder, en vader, die een belangrijke functie ergens anders moet gaan vervullen, gaat verhuizen naar de plaats waar zijn vader die belangrijke functie moet gaan vervullen. Die plaats heet Oudwis, en daar kom je als lezer even later achter. Iedereen moet Bruno’s vader nu met "Kolonel" aanspreken. In Berlijn waren er veel kinderen waar Bruno mee kon spelen, en in Oudwis niet. Of lijkt dat alleen maar zo? Het huis waarin de familie samen met de huishoudsters woont, staat aan de andere kant van een groot hek, waarachter het krioelt van de mensen, soms ook kinderen. Soms komen er vanachter het hek, mensen in huis helpen. Maar waarom Bruno niet achter het hek mag komen, dat snapt hij niet. "Omdat dit geen mensen zijn" verwoordt Gretel, die twaalf is. Het zijn Joden. En wij zijn geen Joden. Ze zegt wat ze dan wel zijn, en als volwassen lezer zul je dit ook wel weten, maar dit verhaal wordt ECHT gezien door de ogen van een negenjarig naïef jongetje. En dit maakt het boek heel aangrijpend, heel echt ook. NIETS wordt verwoord op niveau van volwassenen, het blijft op kindermaat, en toch weet je als lezer wat er zich afspeelt, en wat Bruno’s vader uitvoert. Bruno wil weten wat er achter het hek gebeurd, en hij leert "een jongen in een gestreepte pyjama" kennen. Waarom dragen al deze mensen achter het hek deze kleren? Is het daar gezellig? Wat doen ze daar? Waarom ziet Shmuel er zo ziek en mager uit? Tussen deze twee jongens groeit een vriendschap, één die niet zonder gevolgen blijft…
Die gevolgen zijn gruwelijk, maar ze passen in dit boek, en hoe dit negenjarige personage wordt uitgewerkt. Als naïef, maar nooit onnozel kind in de wereld van de volwassenen.

De jongen in de gestreepte pyjama / John Boyne.- Amsterdam : Arena, 2006