vrijdag 21 december 2007

Jeugdboekenweek 2002: Wonen, onderdak (2)

"Stop! We zijn er!" roept Haas. Vos zet de koffers neer. "Weet je zeker dat het hier is?" vraagt hij. "Ik zie alleen maar zand. En water. En twee bomen."Een eiland in het zuiden is heel anders dan een bos. Je kunt er schelpen rapen. En greppels graven. En een sneeuwpop maken die niet smelt. Zelfs de sterrenhemel is er wijder en dieper dan thuis. Of lijkt dat maar zo?
Dit boek kozen wij met z'n drieën, om rond te gaan werken, en dit voor kinderen met leer(s) problemen tussen de 8 en de 10 jaar, 3e-4e leerjaar dus. We hielden het (bewust, misschien?) klein, zodat we voldoende interactie met de kinderen konden hebben. Hoewel we alle kinderen van de "leesgroep" van een collega van ons (op wiens werkplek we het project uitvoerden) hadden uitgenodigd (een twintigtal kinderen) hadden we maar respons van een 11 tal kinderen. Maar dit liet ons dan ook toe om ECHT de kinderen te laten meewerken met hetgeen we deden. Ook het feestje dat we organiseerden, kon hierdoor tenvolle tot z'n recht komen, vooral omdat we de hapjes (uit "Het Koekboek van Vos en Haas") zelf nog moesten klaarmaken, en daaraan hadden we een leesopdracht voor de kinderen gekoppeld, zij moesten (met uitvergrotingen) stap voor stap zelf lezen wat ze moesten doen om de receptjes tot een goed einde te brengen. Hieronder zie je het resultaat, van het toneel dat we rond "Vos en Haas op het eiland" speelden, en de receptjes uit het boek, vastgelegd op foto. We hebben ons ook laten inspireren door een paar tekeningen uit het boek, die je hieronder afgebeeld ziet.

Haas werkt hard en Vos werkt hard. Haas wijst de stenen aan en Vos draagt ze. Wat een karwei! Maar na een poos zijn ze toch klaar. Kijk maar! Ziet de tent er niet prima uit? "Knap hoor, vindt Vos. "Knap van jou, Haas. Ik dacht: met stenen bouw je een huis. Maar jij bouwt er ook een tent van!" "Een tent BOUW je niet. Een tent ZET JE OP," verbetert Haas. Ze klinkt nog wat boos. "Jij DEED niet veel, Vos," mokt ze weer.

"Alleen aan het eind hielp je een beetje. "Ik deed WEL wat!" roept Vos. Ik vond een schelp!" "Een schelp? Waar is die schelp dan?" Dat weet Vos niet meer. "Ik legde hem hier ... Of nee, daar... Of..." Arme Vos, hij is de schelp kwijt! En nu gelooft Haas hem niet eens!

Het is al laat. De zon gaat onder. De zee kleurt er rood van. Straks is het nacht. En Haas zoekt nog steeds naar de schelp! "Haas! Haas! Kom je nog? Kom bij mij in de tent! Ik heb de spullen uitgepakt. Ik heb de bedden opgepompt. Welke slaapzak wil je? De rode? Of de gele?" "De groene..." mompelt Haas verstrooid. Ze denkt alleen aan de schelp. De zee is zwart. Het strand is zwart. En de lucht? Is die ook zwart?
Fragmentjes uit "Vos en Haas op het eiland" voorlezen en de kinderen ook stukjes laten voorlezen: Haas wil de winter overslaan, en wil daarom graag naar het Zuiden, waar het altijd warm is, en altijd lekker weer. Maar dan krijgt ze toch wel wat heimwee...




(Fragmenten afkomstig uit "Vos en Haas op het Eiland / Sylvia Vanden Heede ; Thé Tjong Khing, Lannoo, 2001)