woensdag 14 november 2007

3 lustrums boekenbeurs

Het was dit jaar precies 15 jaar geleden dat ik voor het eerst naar de Antwerpse Boekenbeurs ging. Toen was ik een vijftienjarig ukje, of moest ik dat worden. Superfan van Bart Moeyaert, toen al. Ik had Bart eerder dat jaar, we spreken 1992, voor het allereerst in levende lijve gezien. Was daar toen erg blij mee, maar verder is het niet echt iets om lang bij te blijven stilstaan. Ach…J. Vijftien jaar geleden dacht ik dat ik het fijn zou vinden om met mensen samen naar de boekenbeurs te gaan: “fijn, waarschijnlijk kijken we samen naar boeken, en misschien vinden we dezelfde boeken fijn…”. Algauw dacht ik daar echter anders over, en vond ik het het jaar erop veel fijner om in mijn eentje tussen de boeken op de beurs te gaan neuzen. Als vijftienjarige is je budget niet erg groot, en kwam ik thuis met één of maximum twee boeken. Het hoeft geen betoog dat ik blij was met mijn eigen loon, een aantal jaar verder! Sinds 1992 sloeg ik geen enkele boekenbeurs periode over. Handtekeningen “jagen”, “verzamelen” vond ik vroeger al fijn, en vond ik “Mijnheer, wilt u dit boek signeren – “heb je nog al dingen van mij gelezen? Vond je die fijn”?” al een fijne babbel. Mijn eerste boekenbeursboeken waren er van respectievelijk Rene Swartenbroekx (waar is die mens als auteur gebleven trouwens?) “Nooit meer bang zijn”, geloof ik, en “Voor Paulien”, of “De foto” van Paul Kustermans. Samen met een vriendin, dat eerste jaar, kochten we elk een exemplaar van “Nachtschaduw”, over een jongen die probeert om vriendschap te sluiten met een wolvenjong, en dat lieten we dan door Annelies Tock signeren. In onze brieven later vroegen we dan: “wat heeft Annelies in jouw boek geschreven?” Boeken van Bart Moeyaert liet ik ook dat eerste jaar al liggen, omdat ik al zijn boeken al had. Gekregen tijdens een zonnige periode, nog een jaar eerder. Nog het vermelden waard: de toegangsprijs uit 1992 voor een dagje boekenbeurs? 100 BF. Echtig waar. In 1995 geloof ik, ging ik een dag, twee keer. Ik wou persé nog een boek, en had niet gezien, dat zag ik later thuis, dat Bart Moeyaert nog zou komen signeren. Ik geloof dat “Blote handen” toen van mij werd. In 1996 was er dat boek en lezing waarvan ik de eerste zin nooit meer ben vergeten: “Ik weet het, ik ben een slecht mens”, uit “Met mij gaat alles goed”, het eerste boek uit de trilogie van Jan Simoen (waarvan toen waarschijnlijk nog geen sprake van een trilogie, of wel?) Ik heb dat boek later van mijn oma onder de kerstboom gevonden. Samen met “De Roos en het zwijn”, van Anne Provoost, “Wespennest” van Bart Moeyaert kwam mijn kant op. (Bart vroeg me dat jaar zelf of ik niet kwam luisteren! Fijn dat ik dat vond!)
Later ging ik voor de boekenbeurs allerlei lijstjes maken, en stopte ik met kopen in de winkel om loos te kunnen gaan op de beurs. En nu zijn we 2007. Nu had ik een blocknote bij, en een balpen, en kwam ik terug met een lange lange lijst, om te kopen of te bestellen in de winkel. Wat deed ik wel: het heel fijn vinden om rond te lopen, en bedenken: “aaah, wat hou ik van boeken! Wat hou ik van letters!” Drie dagen. Drie dagen vol letters en boeken, en babbels, echte babbels deze keer. Een dag die me zou kunnen helpen om kinderen boeken te helpen lezen (maar zo zo bevonden, eerlijk gezegd, de enige “leerlingendag”workshop waar je echt iets mee kon was “filosoferen met Doornroosje”. De andere lezing ging over strips, en die was ook fijn, maar dat was zeker ook zo omdat ik voor deze fijne bende mensen mee werk aan hun site, met mijn eigen boekenrubriekje. Hoe breng je literatuur in de klas? Met Edward van de Vendel en Jan Simoen was gewoon een promopraatje met hen, over wat zij met hun boeken zouden willen zien gebeuren in de klas, om een half uur heel kort samen te vatten: “Dat ze gelezen worden”. Hmm, dat zou ik inderdaad ook wel willen, mocht ik een boek willen hebben geschreven. Mja. Dit jaar vond ik het ook tijd voor een nocturne, en die smaakte naar meer. De interviews zijn echte debatten die ergens toe leiden, geleidt door mensen die in het “interviewvak” zitten, als daar zijn Frieda van Wijck en Friedl Lesage. Over de graphic novel: ik ben gedeeltelijk verkocht, geloof ik. Ik leer nieuwe dingen kennen, den daar hebben mijn collega’s van Stripelmagazine erg veel mee te maken.Het was echt een fijne halve november dit jaar!