woensdag 12 maart 2008

Een boekenmaaltijd

Een lekkere boekenmaaltijd bestaat voor mij uit verschillende gangen, en kan van alles bevatten. Heel verschillende dingen. Dat houdt een mens gezond. Soms heb ik geen zin om gezond te eten, en eet ik weleens een broodje. Snoepen? Ook. Soms. Ik geloof dat dat voor mijn boekensmaak ook telt. Broodjes? Ja hoor: De Griezelbus-boeken van Paul van Loon, wanneer ik geen zin heb om iets anders te lezen. Pieter Aspe's thrillers zitten daar ook onder. Leuke complexloze boeken, wel nog even in je mond nemen en stukbijten voor je kunt doorslikken. Kunnen ook tot zoetigheden gerekend worden. Enkel doorslikken is niet leuk. Meestal zijn deze boeken een en al ergernis, trouwens. Net als appelmoes en rodekool. Boeken met taalfouten erin, of onlogische elementen. Voor uitgebalanceerde maaltijden komen in aanmerking: Boeken waarbij je iets leest, en je daarin herkent. Om wat je leest. Omdat ze méér zeggen dan dat er geschreven staat. Bart Moeyaert's boeken horen daarbij. Paul van Loon's boeken en Pieter Aspe's boeken worden door mij ook wel als "toffe boeken" omschreven. Harry Potter hoort daar ook bij. De boeken van Bart Moeyaert zijn al "goede" boeken. Je gaat ervan nadenken, de personageschetsen houden je een spiegel voor. Je proeft de juiste taal, elke zin zit juist. Sommige boeken voor eerste lezers horen daar wat mij betreft ook bij, Wat Wim Vromant doet in zijn boeken voor eerste lezers: briljant. Zelf let ik al lang niet meer op een leeftijdsaanduiding. Ik denk weleens: hoera! Het is een zeven+ label! (Dus dan kan ik het zéker lezen) Delicatessen? Op eetgebied heb ik er niet veel, eigenlijk. Misschien kan ik veel prentenboeken daaronder rekenen: Werk van Klaas Verplancke. Geert De Kockere, (soms), Wolf Erlbruch. Om er maar een paar te noemen: boeken waarbij ik niet alleen woorden lees, maar ook de prenten "lees", omdat ze binnen de tekst een eigen verhaal vertellen. Of een tekst mooi mee begeleiden. Mooi? Wanneer een verhaal zo loopt dat alle elementen samen komen, of tot herkenning leidt. Geloof ik. Wanneer ik één "mooi" boek zou noemen, geloof ik dat ik uitkom bij Wolf Erlbrüch's "De Eend, de dood en de tulp. Een boek waarbij je zowaar sympathie zou krijgen voor de dood.Misschien heel kort gezegd: wanneer een boek mij kan verrassen, is het een goed boek. Als het soms onverwachte hoeken en kantjes heeft. Dikke turven, waar zowaar wél prenten in zitten! (Niels Holgerson, geïllustreerd door Anton Pieck, om er eentje te noemen.) Korte verhaaltjes als die in de bundel over "Kikker en Pad" van Arnold Lobel. (Dit stuk schreef ik eerder voor de weblog Vertel Eens, met dezelfde titel)