“Mannen komen van Mars, vrouwen komen van Venus. Tussen Mars en Venus ligt de Aarde, dus ik ben thuis, en jullie niet”.
Evy wordt geboren als jongen. Als ze drie is, begint het haar te storen dat
ze steeds bij de jongens in de kleuterklas wordt ingedeeld, dat ze raketten
moet tekenen, en met jongensspeelgoed moet spelen, omdat dat nou eenmaal zo
hoort. Evert zou namelijk veel liever in
de poppenhoek spelen. En wanneer ze daar
met de meisjes uit de klas speelt, spelen ze vadertje en moedertje, en is hij steeds
mama.
Als Evert zeven is, en zijn vader hem weer eens betrapt
omdat hij met de barbies van zijn zus speelt, zegt hij hem dat ze wel eens met
hem naar het ziekenhuis zal gaan, om een meisje van hem te maken. Laat dat nou net zijn wat Evert zo graag wil…
Wanneer Evert de film “De Kleine Zeemeermin” ziet, begint
het helemaal, en kan je als lezer ook mee volgen hoe het leven voor Evert
is. Een leven dat hij in een
jongenslichaam niet zou overleven. Evert
zal er alles aan doen om een meisje te worden.
“Meisje van Mars” verbloemt niets. Het is een ongelofelijk hard, maar heel
eerlijk relaas, opgetekend door Anna Woltz, die Vicky Janssen interviewde over
haar leven. Een boek over eenzaamheid,
want de lezer merkt dat Evy er, wanneer ze erachter komt dat ze een meisje is
in een jongenslichaam, helemaal alleen voorstaat. Want voor haar is dat snel heel
duidelijk. Ze is geen jongen die graag
in vrouwenkleren rondloopt, ze is een meisje in een jongenslichaam, en dat
maakt een heel verschil. Thuis is dat voor
haar erg moeilijk, want haar ouders mogen nergens achter komen. Niet dat ze soms, en steeds vaker,
meisjeskleren draagt, en schoenen met heel hoge hakken. En zeker niet dat ze optrekt met Sjefke, een
jongen die ook graag meisjeskleren draagt, en optrekt met Mirjam. Sjefke is namelijk “niet normaal”.
We volgen Evy’s strijd om te zijn wie ze wil zijn, haar
harde leven in de klas, waar ze zich niet aanvaardt weet door haar klasgenoten,
die Evert maar een rare vogel vinden. Voorzichtig probeert Evert aan Simone, die bij
hem in de klas zit, een brief te schrijven over wat er met hem aan de hand
is. De volgende dag weet de hele school
wat er met Evert aan de hand is, en dat fragment is als een stomp in de maag
van de lezer. Simone is namelijk met
Everts brief, op de speelplaats op de bank gaan staan, en heeft de brief
voorgelezen. “Wees blij dat ik die brief
heb voorgelezen, nu ben je tenminste uit de kast”, voert ze aan. Evert laat het hier niet bij zitten en gaat
van die rotschool af.
Daarna is er een leven mét de rotschool, waar Evert
dagelijks met de ergste pesterijen geconfronteerd wordt, en een leven nà de
rotschool. Want op de kappersschool
keert het tij. Iedereen denkt daar
namelijk dat Evert gewoon homo is. En
plotseling is Evert er klaar mee, en hij vertelt zijn klasgenoten gewoon wat er
aan de hand is. Niemand begint hier te
pesten, en hier zijn zelfs leerkrachten die Evert willen helpen. Dat werkt bevrijdend, en geven Evy mee kracht
om verder te gaan in haar strijd om het meisje te worden dat ze al zo lang wil
zijn. Een meisje als Mary Poppins of
Madison uit de zeemeerminnenfilm “Splash”.
Tussen de hoofdstukken in het boek krijgt de lezer tips
mee. Dat (…) “Dit boek geen handboek is,
maar mijn levensverhaal”. Voor meer
informatie kan de lezer steeds op internet dingen opzoeken over
transseksualiteit. Of de tip om nooit
naar Evy’s oude naam te vragen. Want dat
Evy die persoon niet meer is. Ook vraagt
ze om haar niet proberen begrijpen, want dat ze dat zelf ook heel vaak niet
doet. Dat ze zoveel dingen nog moet
ontdekken. Deze tips zijn schuin
gedrukt.
Woltz en Janssen maakten van “Meisje van Mars” een”
must-read” boek. Het is een boek dat de
lezer anders naar de wereld rondom zich laat kijken, dat naar de keel grijpt,
en waar je niet makkelijk vanaf komt.
Meisje
van Mars / Anna Woltz ; Vicky Janssen (med.).- 155p.- (Slash ; 11) ISBN 978 90
451 129 - 14+
Geen opmerkingen:
Een reactie posten