Aan het eind van de zomer wil Adin’s moeder graag ander werk, en gaan zij en haar zoon verhuizen naar een flat in de stad. Hoe moet dat dan met de vriendschap tussen Adin en Dina? Adin geeft Dina de raad om voor zijn tamme kauw te zorgen: als ze hem de kruimels van haar bord voert, zal die graag bij haar zijn. De rest van de zomer is lang niet meer zo leuk voor Dina, nu Adin in de stad woont.
Jef Aerts schreef eerder al boeken voor oudere kinderen als “Het kleine paradijs”, dat doet denken aan het scheppingsverhaal. In “Vissen smelten niet” kom je te weten hoe koud winters kunnen zijn, en hoe je in donkere periodes voor mensen er kunt zijn voor elkaar. “Groter dan een droom” is het prentenboek dat Aerts samen met Marit Törnqvist maakte, over de verwerking van een dood zusje, zonder dat je daar grote woorden voor nodig hebt, maar waar het verdriet voelbaar en subtiel zichtbaar is. “Paard met laarzen” gaat dan weer over een meisje dat heel erg graag een afgedankt circuspaard een nieuw en beter leven wil geven.
“Kersenhemel” gaat over vriendschap, en hoe die kan standhouden ook als je ver van elkaar weg bent. Sanne te Loo, die eerder ook “De duik” van Sjoerd Kuyper illustreerde, en daarvoor op onderzoek trok naar Curaçao, verzorgde voor dit boek de illustraties. Ze ondersteunt met haar illustraties het verhaal van Jef Aerts, zodat je kunt zien dat het voor Dina en Adin moeilijker (in bruintinten) is toen Adin een zee van groen achter zich liet toen hij in de zomer verhuisde naar de stad. Maar het kauwtje – opgelet voor de kat! – maakt veel goed.
“Kersenhemel” mag dan slechts 48 pagina’s tellen, het vertelt een verhaal van een jaar, waar de zomer overgaat in de herfst, waarna het winter wordt om ten slotte “te ontploffen in de bloesems van de lente”.
Aerts en te Loo maken er een krachtig geheel van, waarin niet alles verteld, dan wel gezien kan worden. Dat Dina Adin mist, bijvoorbeeld, als ze aan het eind van de zomer op een picknickleedje in de tuin zit. Dat Adin Dina ook mist, en vliegtuigjes voor haar vouwt, en wel de hele winter lang.
Het dorp van te Loo doet een beetje aan een Ardeens dorpje denken, en soms aan Zweden. Dat het in de stad drukker is, maar daarom niet slechter, blijkt uit de tram die rammelend langsrijdt.
Adin en Dina blijven dus vrienden, dankzij een zak kersenpitten, die zover mogelijk worden gespuwd. De overkant van de weg, en uit de stad, raken de pitten nooit. De winterjas die Dina’s vader bij een bezoek aan Adin en zijn moeder in de stad heeft gekocht, zal nog wel een tijd meekunnen. Hiermee maakt Aerts in één zin duidelijk dat Adin en Dina elkaar niet vaak meer zien.
Tot het lente wordt: De bladzijden ontploffen mee in roze bloesems en ze kunnen niet genegeerd worden, vindt Adin’s moeder. Ze moeten gevolgd worden naar de boomgaard van Dina.
Dit boek is een rijk geheel dat toch goed te behappen is voor jonge lezers, en leent zich perfect tot voorlezen (vanaf 6 jaar, ongeveer). Zelf lezen en het verhaal begrijpen aan de hand van prenten én tekst kan vanaf 8 jaar.
Kersenhemel / Jef Aerts ; Sanne te Loo (ill).- Amsterdam : Querido, 2017.- 48p.- ISBN 978 90 451 2035 5
Mini-lestips:
- Erg geschikt voor de Jeugdboekenmaand maart 2019 met het thema "Vriendschap"
- Muzikale vorming: beluister samen met je klas (fragmenten uit) “De vier seizoenen” van Vivaldi.
- Themawandelingen tijdens de vier seizoenen die je tegenkomt in het boek: wat zijn de vier seizoenen, en hoe kan je ze herkennen?
- Kringgesprek na of tijdens het (voor)lezen:
- Waar zou jij het liefst wonen? In de stad of in een dorp? Waar woon jij?
- Heb jij een beste vriend of vriendin? Wat doen jullie samen graag?
- Knutselen: vliegtuigjes vouwen, schilderen van de seizoenen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten