De Griezels, dat is een heel bijzonder stel. Meneer Griezel is iemand die een heel vieze baard heeft. Er blijven heel vaak etensresten in achter. Op die manier heeft hij nooit honger. Zijn haar groeit ook niet recht naar beneden, maar stekelig als een nagelborsteltje. Ook uit zijn oren groeit haar. Mevrouw Griezel is een heel lelijke vrouw, zonder baard. Toen ze jong was, was het best een mooie vrouw. Hoe dat komt? “Als iemand lelijke gedachten heeft, ga je dat aan zijn gezicht zien. En wanneer die iemand aldoor lelijke gedachten heeft, elke dag, elke week en elk jaar, dan wordt dat gezicht lelijker en lelijker, tot het zo lelijk wordt dat het niet meer om ààn te zien is. Iemand die mooie gedachten heeft kan nooit lelijk zijn. Al heb je een knobbelneus, een scheve mond, een onderkin en konijnentanden; als je mooie gedachten hebt, schijnen ze uit je gezicht als zonnestralen en zul je er altijd even mooi uitzien. (p12) Deze gedachte wordt met zo’n typische Quentin Blake illustratie getoond, en het klopt nog ook! Mevrouw Griezel heeft dan wel niet overal haar, maar wel een glazen oog, dat de andere kant opkijkt als haar goede oog de ene kant op kijkt.
Allerlei plannetjes
Meneer en Mevrouw Griezel doen er alles aan om elkaar het leven zo zuur mogelijk te maken. Meneer Griezel maakt de poten van de stoel van Mevrouw Griezel elke dag een stukje langer, zodat het niet opvalt dat ze op een dag niet meer met haar voeten te grond raakt, haar wandelstok is opeens veeeel langer, waardoor ze niet meer kan lopen. Daarvoor had Mevrouw Griezel haar glazen oog in het bier van Meneer Griezel verstopt, zodat dat hem kon aankijken wanneer zijn glas leeg was. En kijk uit als u nog eens spaghetti gaat eten, hij zou kunnen gaan kronkelen.
Rare wrong en Louis De Funès
“De Griezels” was zowat het allereerste boek dat ik kreeg voorgelezen in de lagere school (op onze uurrooster stond op vrijdag jarenlang, op donderdag of vrijdag, dat ben ik vergeten - “Vertellen”).
Ik herinner me niet helemaal of ik “De Griezels” leuk vond. Maar waarschijnlijk wel.
Toen ik er gisteren opnieuw aan begon naar aanloop naar de Roald Dahl-dag op 13 september, had ik een rare wrong in mijn buik.
Een wrong die ik ook had toen ik mijn eerste film over “Les Gendarmes de Saint-Tropez” – vermoed ik, met Louis de Funès (1914-1983) opnieuw bekeek, jaren nadat ik de kinderleeftijd had. Waarschijnlijk moest ik toen heel erg lachen om het gezicht van De Funès.
Gelukkig maakt een dosis geduld veel goed, en zijn zijn films wanneer je kunt doorzetten, door de traagheid heen kunt en wilt kijken, nog steeds het bekijken waard.
Zo ook met “De Griezels” van Roald Dahl. De plannetjes en streken die “De Griezels elkaar aandoen lijken me een gemakkelijkheidsoplossing, en hoe kan iemand een ander leven zo zuur willen maken? Maar omdat ze allebei zo verschrikkelijk slecht zijn dat het even vaak grappig wordt, vergeef ik het Roald Dahl graag.
Apen en vogels en kleine jongetjes
Meneer Griezel houdt ook apen in zijn tuin. Die moeten elke dag voor hem op hun hoofd gaan staan. Het apengezin bestaat uit vader Huppeldepup, zijn vrouw en twee kindertjes. Wat valt er nog te vertellen over Meneer Griezel? Dat hij elke dinsdag eigen gevangen vogelpastei wil eten. De vogels worden elke maandag gevangen doordat meneer Griezel Muurvast Lijm aan de takken van de Grote Dode Boom smeert.
Maar op een dag wagen vier jongetjes zich door de distels en de netels, die Mevrouw Griezel heeft gezaaid om ongewenste bezoekers weg te houden. Ze klimmen in de Grote Dode Boom en… Zou meneer Griezel hen nou gaan opeten? De eerste drie jongetjes gieren, en gillen, terwijl de vierde het plan heeft opgevat om gewoon uit hun broek te stappen en in hun blote kont te ontsnappen… De vierde jongen lijkt in die zin wat op het slimme Klein Duimpje die zijn broers naar huis zal leiden.
Nadat de jongetjes ontsnapt zijn, komt de Rolmopsvogel opdagen, om de arme vogels te waarschuwen. Meneer Griezel kan door zijn toedoen al weken geen vogelpastei eten. De grote middelen worden ingezet! De apen in de kooi in de tuin waarschuwen de vogels ook dat hun kooi vol lijm zit. Dus daar kunnen ze ook al niet gaan zitten. En om meneer Griezel een lesje te leren hebben de dieren een geniaal plan…
Kolder
Tussen al deze kolder door schemert dierenwelzijn door: de apen in de kooi zouden maar wat graag vrij zijn in de jungle van Afrika.
Om kort te gaan: “De Griezels” mag dan al pure kolder zijn, het loopt wel goed af, en voor wie houdt van grappen, grollen en dieren is “De Griezels” gesneden koek. Of misschien wil iemand gewoon een boek lezen van Roald Dahl dat ie nog niet gelezen heeft. Ik ga dat ook doen.
De Griezels / Roald Dahl ; Quentin Blake ; Huberte Vriesendorp (vert.).- Utrecht : De Fontein 2004.- 43e druk.- 80p : ill.- Oorspr. Titel: The Twits.- ISBN 978 90 261 3054 0
Geen opmerkingen:
Een reactie posten