"Geen oorlog is al vrede genoeg" Jaap
Dit is het begin, vóór het schutblad waarop in blauwtinten twee kinderen met een kinderwagen te zien zijn, als was het een ansichtkaart. Dit tafereeltje mag dan erg liefelijk zijn, “Naar het Noorden” begint zo: ‘(…) hoorde ik het weer, een langgerekte, dierlijke schreeuw, als het kermen van een gewonde hond’Koos Meinderts won met dit boek uit 2016 in 2017 een Gouden Griffel. Hij vertelt het verhaal van een gezin met (kleine) kinderen in de tijd van de Hongerwinter (1944-1945) in Nederland in Wereldoorlog II. Daarvoor baseerde hij zich op verschillende bronnen, die achteraan in het boek worden opgelijst.
Ik kan nog steeds niet vliegen
Speelde “Ik kan nog steeds niet vliegen” van Anna Woltz, met een gelijkaardig thema (Kinderen die worden weggebracht om het een beetje beter te hebben dan hun ouders tijdens de oorlog) zich af in Denemarken en Nederland, situeert Meinderts zijn verhaal voluit in Nederland, en is de verklaring van de titel van dit boek Friesland.
"Een twee minuten zusje"
Rampspoed blijft deze familie niet bespaard. De “dierlijke schreeuw” is afkomstig van moeder, die hun kleine zusje ter wereld brengt. Wiesje, zoals de andere kinderen haar al hebben genoemd, haalt het niet. Ondertussen wordt het thuis steeds armoediger, en om nog een beetje brood op de plank te brengen en het wat warm te hebben, gaat zowat alle huisraad de kachel in, zelfs het wiegje waarin alle kinderen uit het gezin in hebben gelegen. Er moet eten gezocht worden, maar dit gezin heeft niet zo gauw meer dingen om te verkopen. Ook kleine Kees wekt geen medelijden op bij mensen waar ze langsgaan. Vaak mensen die het zelf nog iets beter hebben. Ook in dit boek is er altijd wel iemand die hulp biedt in de vorm van een bord eten voor zij die erom vragen, en dat blijft mooi, ook in barre tijden.
Naar het Noorden
Kleine Kees en zus Nel, 16 jaar, zullen van hun moeder zeker mogen vertrekken naar betere oorden. Per schip zullen ze een hele week onderweg zijn. Jaap zou echter teveel heimwee krijgen naar thuis en zal in eerste instantie niet mee mogen of meegaan, en bij zijn ouders en oma blijven. Maar Jaap wil niet onderdoen voor kleine Kees en Nel, en zo scheept hij ook mee in.
Meinderts schreef een doorleefd boek voor kinderen, maar ook volwassenen zullen van dit boek kunnen genieten. Waar kinderen het avontuur zullen lezen waarin de kinderen zich bevinden, ook al is het geen vrolijk avontuur, zullen volwassenen ook kunnen genieten van de sfeer in het boek. Als de kinderen uit het gezin inschepen krijgen we de hele tocht met zeeziekte en dood, omdat er niet genoeg gezond eten aan boord is, voor de kiezen. Ruik de stank van ongewassen lijven en voel de frustraties omdat het luik van het ruim waarin de kinderen zich bevinden, niet open mag.
Bij aankomst worden Nel, Kees en Jaap van elkaar gescheiden, en belanden ze elk bij andere gezinnen. Merk ook hier parallellen met vluchtelingen in deze tijd op. Nel, Kees en Jaap hebben in de winter van 1944 geen flauw idee waar ze zijn, of wie hen zal opvangen, en staan er nadat ze het schip verlaten, helemaal alleen voor: er is nog net een voerder met paard en kar die kinderen dropt bij de huizen waar ze zouden moeten welkom zijn. Of er zal worden opengedaan is soms twijfelachtig. Die ontreddering vinden we ook terug in “De Gelukvinder” waarin een Afghaanse vluchteling in Nederland aankomt.
Tjeerd
In “Naar het Noorden” komt het allemaal redelijk in orde. Vanaf nu biedt “Naar het Noorden” niets verrassends meer, maar blijkt de degelijkheid van rasverhalenverteller Meinderts des te meer. Jaap moet bij twee oude mensen inwonen. De familie Schut. Hij krijgt af te dragen kleren van een oudere buurjongen, Tjeerd. Deze mensen zijn erg goed voor hem. Tussen Kees en Tjeerd ontspinnen langzaam pesterijen, die op het eerste zicht onschuldig zullen blijven. Er is geen verklaring over waarom er gepest wordt, en eigenlijk weten we verder niet zoveel over wie Tjeerd is. Dat is enigszins jammer, maar ook nu weet Meinderts vooral de sfeer (het dragen van klompen, dat je mensen kunt pesten door in de klompen van “de nieuwe” te plassen) goed te vatten. Dat Jaap allerminst een sulletje blijkt, komt goed uit de verf. Bij zijn aankomst in het dorp, werd hij door meneer Schut kaalgeschoren, om zo van zijn luizen af te komen. Dat Jaap met Tjeerd in gesprek gaat laat zien dat hij zich allerminst zal laten doen. Het maakt hem ook tot een personage dat helemaal in de wereld staat. Dat hij soms heimwee heeft naar huis maakt dat zijn moeder een beetje gelijk had toen ze zei dat ze hem niet wilde laten vertrekken, ook al is heimwee heel gewoon. Onderin zijn bagage, die één zak groot is, zit een engeltje: het engeltje van het wiegje van zijn familie.
“Naar het Noorden” biedt ook een kijk op hoe verschillend mensen met religie omgingen, ook destijds al.
Weer een boek voor een jongere doelgroep
Na twee young-adultromans “Lang zal ze leven” en “De zee zien” is “Naar het Noorden” weer gericht op een jonger publiek, dat vanaf een jaar of 11 voluit van dit verhaal zal kunnen genieten. Dit boek laat zich echter niet zomaar “wegslikken”, en je hebt er wat tijd en geduld voor nodig. Achter in het boek staat een inhoudsopgave en een Friese woordenlijst. Dit zijn vertalingen van zinnen die in het boek voorkomen. De hoofdstukken als “Een twee minuten zusje” laten deels zien waar het verhaal over verder zal gaan. “Een twee minuten zusje” vertelt letterlijk dat het nieuw geboren zusje slechts heel kort zal leven. Dat Jaap, Kees en Nel dit gegeven het hele verhaal met zich meenemen, beneemt de adem, en als jij dit boek leest, weet je waarom dat zo is. Of je nu een kind met de leeftijd “vanaf zoveel jaar” bent – laten we in dit geval 11 jaar zeggen. – of een volwassene die graag kinderboeken leest.
Zonder de waan van de dag
Dat Koos Meinderts steeds een goed geschreven en sfeervol verhaal weet te schrijven en vertellen, zonder de waan van de dag, is ook nu weer een verademing.
Naar het Noorden / Koos Meinderts ; Annette Fienieg (ill.).- Hoorn : Hoogland & Van Klaveren, 2016.- 198p.- ISBN 978 90 8967 232 2
Boekentips met min of meer hetzelfde thema
De grote verliezer / Karen Dierickx (11+)
Ik kan nog steeds niet vliegen / Anna Woltz (11+)
De gelukvinder / Edward van de Vendel ; Anoush Elman (14+)
Meer boekentips van auteur Koos Meinderts en met illustraties van Annette Fienieg
- Keizer - Voor kinderen vanaf 8 jaar om zelf te lezen. Voorlezen vanaf 6 jaar
- Het Sneeuwmeisje - Prentenboek naar het sprookje "De Sneeuwkoningin", vanaf 7 jaar
- Lucas in de sneeuw - Boek voor jongeren vanaf 12 jaar e.o
Hoofdstuk 2, pagina 11 tot 13: Lees voor of klassikaal dat er een zusje geboren is. “Ze werd geboren zonder gezicht”, en waarom Nel niet het zusje kreeg waarop ze gehoopt had. Lees door tot bladzijde 13.
- Met wie wordt het zusje vergeleken? (Met Lowietje, een klein jongetje met een waterhoofdje)
- Waarom wordt het zusje met dat jongetje vergeleken?
- Hoe voelt Jaaps vader zich na de dood van zijn dochtertje?
- Waarom zegt de auteur dat hun zusje geboren is zonder gezicht?
- Met een jongere groep is het misschien aan te raden om dit hoofdstukje helemaal voor te lezen, en er daarna over in gesprek te gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten