dinsdag 9 april 2019

Over waarom ik dit boek niet erg goed vind: Leeschallenge met Kinderboekenjuf: "Naar de rand van de wereld" van Dirk Weber

Toegegeven: de titel boven dit stuk zegt meteen vrij veel. Dirk Weber schreef eerder al “Duivendrop”, “De Goochelaar, de geit en ik” en “Kies mij”. Roep deze lezer ter verantwoording als ik nog een boek vergeten ben. Voor “Duivendrop” won Weber een zilveren griffel.

“Naar de rand van de wereld” heeft een groen boekomslag en zwartrode letters. Samen vormen ze een bos.
Het is na de tijd van de wereld waarin we nu leven.

Mensen in de wereld na de Crisis leven in een tijd waarin kennis en techniek verboden zijn. Het leven vindt plaats in groepen die in groepshuizen rond dorpspleinen leven, wonen en werken.  Edo en Gertrud, een oudere vrouw en een jongen, moeten beiden gestraft worden omdat ze beiden kennis hebben verspreid. Rechter Rudolf heeft besloten om hen de gifbeker toe te dienen. Meteen daarna zijn Edo en Gertrud maar een schim meer van zichzelf. Abe, Mila, Eli en Otto slaan na dit gebeuren op de vlucht, samen met Mels, een jongen met een mentale beperking. Of lijkt dat alleen maar zo?

Toegegeven: er zijn elementen genoeg die mij wél aanspreken, zoals het feit dat Mels een rechthoekig voorwerp met vreemde tekens erin, en met een harde omslag, onder zijn kleren verstopt heeft. Langzaamaan wordt duidelijk dat het over een boek gaat. Dat is pas echt een verboden voorwerp. En ook dat Mels langzaamaan gewoon meetelt bij de anderen. Of dat dit verhaal mij soms doet denken aan “Heer der vliegen” van William Golding. In dit boek zijn de kinderen ook op zichzelf aangewezen en dat is nog niet zo simpel.

Maar verder vind ik de verhalen die over een andere wereld gaan dan de onze, waarbij ik het niet heb over het vertellen over andere culturen in dit geval, altijd een beetje in hetzelfde bedje ziek. Al wil ik er wel bij zeggen dat dit puur een eigen standpunt is. Doe er al dan niet je voordeel mee.

Ik wil niet alleen in dit boek graag meer weten over waarom en hoe zo’n nieuwe wereld tot stand komt, en in het geval van “Naar de rand van de wereld” waarom het hebben van kennis zo gevaarlijk is of zou zijn. Dat kom ik nu allemaal niet te weten, en net dat zou voor mij dit soort boeken op slag veel rijker maken.

In dit verhaal worden ook andere verhalen verteld aan elkaar, bij het kampvuur. over  Hanno en Gitte, wat heel in de verte iets wegheeft van Hans en Grietje, maar met een nog donkerdere ondertoon. Dat Weber het “sproken” (officieel de term die verveld is naar “Sprookjes” – mondelinge overleveringen van verhalen) pleit ook voor dit boek.

“Naar de rand van de wereld” vormt verder een klassiek “wij zijn op de vlucht” verhaal, en ik had al heel snel het gevoel dat ik niets nieuws onder de zon las. Maar tel daarbij het zuivere taalgebruik van Weber en het boek heeft zeker leeswaarde.

Naar de rand van de wereld / Dirk Weber.- Amsterdam : Querido, 2018.- 227p.- ISBN 978 90 214 440 9